Een opbeetplaat wordt vooral gebruikt bij de behandeling van sommige kaakklachten en wanneer er sprake is van tandenknarsen. Bij kaakklachten helpt de opbeetplaat je  om verkeerde mondgewoonten (bijvoorbeeld kaakklemmen, nagelbijten, wang- of lipbijten) te vermijden, waardoor pijnklachten van de kauwspieren en kaakgewrichten kunnen verminderen. Bij tandenknarsen beschermt de opbeetplaat je gebit, zodat het voortgaande gebitsslijtage voorkomt. Er zijn vele soorten splints te maken de tandarts zal de opties met jou bespreken, welke het beste past tegen jou klachten. Soms is het een combinatie van klemmen en knarsen bijvoorbeeld.

Afdruk en beetregistratie van je gebit

Voor het ontwikkelen van een opbeetplaat maakt je tandarts gebitsafdrukken en een beetregistratie. Daarmee maakt een tandtechnicus de opbeetplaat voor je op maat. De opbeetplaat is gemaakt van hard, doorzichtig kunststof en enkele metalen ankers. De opbeetplaat wordt zowel in de onderkaak als in de bovenkaak toegepast. De plaat bedekt alle tanden en kiezen die aanwezig zijn.

Draaginstructies

De specifieke draaginstructies (wanneer en hoe lang je de opbeetplaat dient te dragen) zijn afhankelijk van het soort (kaak)klachten en mondgewoonten die je hebt. Je  tandarts (-gnatholoog) informeert je over de voor jou meest geschikte draagmethode. 

Opbeetplaat voor kinderen

Omdat kinderen nog groeien wordt bij hen meestal gekozen om een opbeetplaat van zacht kunststof te maken. Een zachte plaat is minder duurzaam, maar belemmert de groei van de onderkaak en de wisseling van de tanden en kiezen niet.